Steeds worden de stoelen letterlijk naar de naam vormgegeven.
Naar aanleiding van de opdracht, tijdens de lerarenopleiding handenarbeid, een stoel te deformeren en te transformeren tot een nieuw werkstuk, ben ik pas in 2011 begonnen hier vorm aan te geven, door mezelf de opdracht te geven om elke maand een stoel te creëren, zodat ik op 14 juli 2012 er twaalf zou hebben.
Rolstoel
Theater- en Dodezee-rollen detail van Rolstoel
Thorarol van deegrollen, detail van rolstoel
Bente en Finette op vlinderstoel.
Melkstoeltje
LOVESEAT
De love-seat bedekt met origami gevouwen hartjes van de bijsluiters van hartmedicijnen, vast gestoken met rode pinnen als cupidopijlen of als rode aderen, die door het hart stromen. Hij staat met de doorgezaagde bolpoten van het echtelijke bed in wankel evenwicht met de rugleuning, die de vorm heeft van een hart, dat bedekt is met de sprei der liefde.
z
Tafelstoel: de stenen tafelen van Mozes, detail
een antiek tafelblad gekregen van vrienden,
kinderbestek om de stenen tafels van Mozes te steunen.
op poten met de tafels van vermenigvuldiging
een tafelstoel wordt ook kinderstoel genoemd.
de wipstoel wipt maar je moet wel een handje helpen
Zie je die voetjes op z’n tenen staan
Weefstoel
(zitting geweven met in de 70er jaren eigenhandig gesponnen en plantaardig geverfde wol)
Strandstoel: Elke keer op het strand in Groet van alles verzameld en daarmee ook een beetje het strand geschoond.
De allereerste stoel tuinstoel: op de expositie zwemmen er echte goudvissen in de vijver
paddenstoel, rood met witte padden: op de expositie in Zwillbrock en Neede had ik ook een stoel met gelamineerde en rondom gezigzagde, gedroogde platgereden padden, maar na een jaar werd een van die pakketjes wel een beetje smerig omdat die niet genoeg luchtdicht was afgesloten.
Breistoeltje voor mijn moeder in de hemel op een roze wolk Op een antiekveiling kwam ik een breistoeltje tegen en zo ontstond er al doende en denkend een nieuw object voor mijn stoelenproject. Terwijl ik zat te breien met de wol en breinaalden van mijn moeder, zag ik mezelf zitten zoals zij in mijn herinnering zat te breien en bedacht, met respect, wat zij verschrikkelijk veel had gebreid. Overal zat ze te breien, ook op visites en vergaderingen.
Blokjesdekens voor alle kinderen, voor de kinderbedjes en later voor het grote bed van de kleinkinderen, voor neefjes en nichtjes om studentenkamers op te vrolijken. Heel veel dekens voor de verloting voor de kerkrestauratie, maar daarvoor had ze wel een heel netwerk van breiende dames, die garen haalden, kleurige blokken breiden en terug brachten voor een “social talk” bij een kopje thee. (Wij zeiden wel gekscherend dat mijn moeder de hele kerkrestauratie bij elkaar gebreid en genaaid had) Truien en vesten: In de zomer breide ze met mooi weer buiten op het bankje de wintertruien en in de winter naaide ze alvast de zomerjurken, die in de lente op lengte werden gemaakt. Wat praktisch! Ze zei altijd dat ze door te breien voor de kleinkinderen, die allemaal ver woonden, zich door de draad van het breiwerk verbonden voelde met degene waarvoor ze breide. Pantoffelsokken: Daarin werden alle restjes gekleurde wolletjes opgemaakt, geen draadje werd verspild. Met de maasnaald naaide ze de losse draden aan elkaar. Zo breide ze voor de kerk, voor kinderen, kleinkinderen. Sokken: Maar dat breien besteedde ze meestal uit. Babysokjes: Die breide ze voor de kerk als er een baby’tje in het dorp was geboren en soms knuffelbeesten en poppen.
Ik heb alle breisels, die ik nog van haar kon vinden, verzameld en in deze installatie verwerkt. Haar laatste deken, haar allerlaatste werkstukje, een beertje, dat ze in de dagopvang van het zorgcentrum breide, dat door de begeleiders in elkaar gezet moest worden, omdat ze dat niet meer zelf kon. Uiteindelijk breide ze vierkante vaatdoekjes, hier de laatste nog op de pennen, evenals het begin van een truitje dat ze niet meer af kon maken. Alles aan elkaar gebreid, via een zeventigerjaren truitje van hand gesponnen wol naar de modernere garens uit de moderne tijd op de blauwe breinaalden.
Behalve breien, naaide ze al onze kleren samen met een huisnaaister, volgde bij de Plattelandsvrouwen een weefcursus en weefde voor iedereen een sjaal, een wandkledencursus, borduurde een merklap voor alle vier kinderen, ze knoopte vloerkleedjes van uitgerafelde wol, want niets werd verspild. Maar ze las ook veel boeken en informatieve tijdschriften en ze was ook nog maatschappelijk en politiek actief.
Dit overdacht ik allemaal terwijl ik met haar breinaalden en wol alles voor dit breistoeltje aan elkaar breide. En ik bedacht dat, als er een hemel bestaat, dan zit mijn moeder daar ook te breien met draden die haar nog altijd verbinden met ons allen die haar lief zijn. Ze verdient echt wel een breistoeltje met een gouden randje op een hemelse rose wolk.
Heilige stoel: gestoeld op een kloostertafel met bijbels als leuningen, maar het oude testament is weggevouwen.
De bijbels zijn glimmend opgepoetst, maar je poetst de smerigheid van de misbruik binnen de katholieke kerk en internaten niet weg. Die smerigheid druipt van de bijbels af en besmeurt de geel-witte vlag met wapenschild van de Heilige Stoel (=kerkbestuur van Het Vaticaan)
Gotisch raam, collage, ieder kijkt op zijn manier door zin eigen bril.
Het Jezusbeeld is van het kruis gehaald, de zilverlingen (het bloedgeld) zijn er opgeknoopt.
Aureool: Velen ontlenen hun glans en roem aan de wieldoppen van hun grote auto’s
Caféstoel De zitting is gebreid in de kleuren en de structuur van de velours kleedjes op de tafels in het bruine café.
/
Poppenstoel De aarde is rond met mensen Zwart, geel, wit en rood Maar het zijn allemaal mensen met hun eigen wensen De stoel is rond Met poppen Blauw, geel, groen en rood Maar het zijn allemaal poppen De barbies versieren de Grote Vriendelijke Reus